Onder de Omgevingswet vervalt het recht voor gemeenteraden om buitenplanse activiteiten te agenderen.
Bindend adviesrecht onder de Omgevingswet (OW) 14 december 2023 - Gevraagd wordt in te stemmen met het besluit inzake het Bindend adviesrecht onder de Omgevingswet. De fractie van OP heeft tijdens de opiniërende vergadering uitvoerig stilgestaan bij het vraagstuk van het Bindend adviesrecht bij de invoering van de OW met ingang van 1 januari 2024. Op 28 november jl. heeft Onafhankelijk Papendrecht een uitgebreid blogbericht besteed aan de lozingen van afvalstoffen die de waterkwaliteit bedreigen en dat strenger toezicht noodzakelijk is als de Omgevingswet zal zijn ingevoerd. Vraag: hoe gaat het College erop toezien dat er minder bedreigende lozingen van afvalstoffen zullen plaatsvinden teneinde de waterkwaliteit op orde te houden?
Verplichte participatie onder de Omgevingswet - Gevraagd wordt het besluit te nemen inzake het voorstel Verplichte participatie onder de Omgevingswet. De fractie van OP heeft tijdens de opiniërende vergadering uitvoerig stilgestaan bij het vraagstuk van de verplichte participatie onder de Omgevingswet. Op 30 november jl. heeft Onafhankelijk Papendrecht een uitgebreid blogbericht besteed aan de kritische kanttekeningen bij de geplande invoering van de Omgevingswet. Een belangrijk nieuw element in de Omgevingswet is weliswaar een verplichting om participatie te organiseren, d.w.z. het in een vroegtijdig stadium betrekken van belanghebbenden (burgers, bedrijven, maatschappelijke organisaties en andere overheden) bij het proces van de besluitvorming over een project of activiteit. Door die nadruk op participatie van belanghebbenden vergroot de wet in beginsel de mogelijkheden van burgers om invloed uit te oefenen op de fysieke leefomgeving. Maar het wordt aan bestuursorganen en private partijen zelf overgelaten hoe een en ander concreet vorm te geven.
Dat burgers daadwerkelijk meer ruimte krijgen om invloed uit te oefenen op hun fysieke leefomgeving valt daarom te betwijfelen. Een centrale ambitie van de Omgevingswet is dat private initiatiefnemers meer ruimte krijgen hun plannen te verwezenlijken en geen vertraging hoeven op te lopen. ‘Dat betekent per definitie meer controle voor deze groep’, aldus de WRR. ‘Maar waar winnaars zijn, zijn in de regel ook verliezers, in dit geval de belanghebbenden wier mogelijkheden tot controle over de fysieke leefomgeving de facto worden verminderd. Op papier nemen weliswaar de mogelijkheden voor vroegtijdige participatie dus toe, maar vanwege het gebrek aan harde kwaliteitsvereisten, kunnen die een wassen neus blijken.
Vooral burgers die niet goed zijn toegerust voor effectieve deelname in participatieve trajecten trekken aan het kortste eind.
Vraag: hoe gaat het College erop toezien dat de belanghebbenden, wier mogelijkheden tot controle over de fysieke leefomgeving de facto worden verminderd, veelal burgers die niet goed zijn toegerust voor effectieve deelname in participatieve trajecten niet aan het kortste eind zullen trekken?
Gevraagd wordt de notitie werkafspraken bij bindend advies omgevingsvergunning voor buitenplanse omgevingsactiviteiten vast te stellen. De fractie van OP is van mening dat de raad buitenplanse afwijkingen moet kunnen blijven agenderen. Maar een motie die daarvoor tijdens de algemene beschouwingen werd ingediend kreeg vreemd genoeg onvoldoende steun. Onder de Omgevingswet vervalt het recht voor gemeenteraden om buitenplanse activiteiten te agenderen. Dat betekent automatisch meer macht voor het college. De raad moet uiterst terughoudend zijn bij het afgeven van haar bevoegdheden.
Met de invoering van de Omgevingswet – nu toch écht voorzien op 1 januari 2024 – verandert ook de verhouding tussen de gemeenteraad en het college van burgemeester en wethouders. De verklaring van geen bedenkingen (vvgb) voor afwijkingen in strijd met het bestemmingsplan vervalt. En Bindend adviesrecht voor dergelijke 'buitenplanse afwijkingen' komt ervoor in de plaats. Wat óók vervalt is de raadsbevoegdheid om sommige van deze afwijkingen (aanpassingen van het vigerend planologisch kader) te kunnen blijven agenderen. Een slechte zaak voor de kaderstellende rol van de wetgevende macht op lokaal niveau.