De Onderzoeksraad voor Veiligheid heeft onderzoek gedaan naar de wijze waarop burgers in Nederland worden beschermd tegen de risico’s van soms jarenlange industriële uitstoot. Blootstelling aan industriële stoffen kan schade veroorzaken aan de gezondheid. Dit kan door eenmalige uitstoot of lozing zijn, maar ook door een opeenstapeling van stoffen in de loop van de tijd. Onderdeel van het onderzoek is in hoeverre rekening wordt gehouden met gezondheidseffecten voor omwonenden bij het toestaan en controleren van langdurige industriële uitstoot. De Onderzoeksraad heeft onderzoek gedaan naar de situatie rondom Tata Steel (IJmuiden), Chemours (Dordrecht) en Asfaltfabriek Nijmegen (APN). De Onderzoeksraad trekt daarmee lessen die toepasbaar zijn voor andere regio’s.
Enkele citaten uit de Analyse en conclusies rondom de gezondheidsrisico’s voor omwonenden.
- Doordat PFOA in de VS voor gezondheidsschade had gezorgd, en door de aandacht die Follow the Money daar in 2015 op vestigde, kreeg de emissie van PFOA uit het verleden in Dordrecht opeens aandacht. Na een reeks door overheden uitgevoerde onderzoeken, bleek dat ook in Nederland sprake was van gezondheidsrisico’s: zowel mensen die in het verleden langdurig dichtbij de fabriek hebben gewoond als mensen die jarenlang veelvuldig uit een moestuin dichtbij de fabriek hebben gegeten kunnen een PFOA-gehalte in hun bloed hebben waarbij nadelige gezondheidseffecten niet uit te sluiten zijn. De handelingsperspectieven zijn voor die omwonenden beperkt.
- Deze aandacht was in zekere zin uniek, want in het Nederlandse systeem van vergunningverlening is geen plaats voor risico’s van in het verleden uitgestoten stoffen. Als er in de Verenigde Staten geen problemen met PFOA waren geweest, dan is het maar de vraag of en, zo ja, wanneer er in Nederland aandacht was gekomen voor het PFOA-gehalte in de bodem rondom Dordrecht en de bijbehorende risico’s. Die risico’s zijn relevant omdat persistente stoffen zoals PFOA van nature niet afbreken, waardoor de blootstelling van omwonenden via in ieder geval de bodem kan voortduren. Wanneer gezondheidsrisico’s van persistente stoffen wel in beeld zijn, zoals op dit moment bij consumptie van vis uit oppervlaktewater en moestuingewassen uit de buurt van de fabriek van Chemours, dan zijn ze nog niet vanzelfsprekend beheersbaar. Zolang de stof niet uit de omgeving kan worden verwijderd, is de enige oplossing om de consumptie te verminderen of te staken.
- Hoewel dat veiligheidskundig een adequate oplossing is, is het de vraag of dat maatschappelijk gezien een geaccepteerde oplossing is. Voor moestuinconsumptie dreigt deze situatie ook op een aantal andere plaatsen in Nederland, omdat de gezondheidskundige grenswaarde voor bodem met moestuingebruik de landelijke PFOA-achtergrondwaarde is genaderd. Toen de emissie van PFOA stopte, hield ook de aandacht van de omgevingsdienst voor eventuele gezondheidsrisico’s op. Publicatie van het artikel van Follow the Money zorgde voor maatschappelijke aandacht en voor aandacht van de lokale overheden, het bevoegd gezag en de omgevingsdienst. Daardoor kwamen de huidige risico’s van PFOA in beeld en nu worden sommige activiteiten om gezondheidsredenen afgeraden.
- Publieke aandacht draagt bij aan verbeterde risico-inschatting. Mede dankzij de aandacht voor PFOA, is er enkele jaren na de eerste vergunning voor HFPO-DA door de overheden onderzocht of er nieuwe kennis beschikbaar was over de effecten van de stof. Ook hiervoor is het niet mogelijk om te zeggen of en wanneer die analyse was gedaan als er geen publieke aandacht voor was gekomen. Het ging om een milieu neutrale wijziging. Volledige zekerheid over de gezondheidseffecten van schadelijke stoffen is niet mogelijk. Daarom is het raadzaam om de emissies en, zeker bij persistente stoffen, ook de blootstelling zo laag mogelijk te houden.
- De publieke aandacht voor PFOA heeft bijgedragen aan de verbeterde risico inschatting van HFPO-DA door de overheid en de vermindering van de emissie ervan. Het is niet vanzelfsprekend dat dit ook zonder die aandacht was gebeurd. Persistente stoffen kennen specifieke risico’s. In bodem en water blijven uitgestoten persistente schadelijke stoffen (zoals PFOA en HFPO-DA) langdurig voor blootstelling van omwonenden zorgen, omdat ze niet afbreken. Daarnaast kan de kennis over gezondheidseffecten van persistente stoffen, zeker als het om relatief nieuwe stoffen gaat, zich relatief snel ontwikkelen.
- Vaak blijken de gezondheidseffecten dan groter dan eerder gedacht. Door deze combinatie van factoren blijft altijd de kans bestaan dat op een moment blijkt dat de blootstelling door de emissie die al heeft plaatsgevonden zorgt voor grotere gezondheidsrisico’s dan de norm en dat die risico’s niet vanzelf kleiner zullen worden. In tegenstelling tot de vermindering van de emissie naar lucht, had de verlaging van de emissie naar water wel deels een directe gezondheidskundige basis, vanwege de drinkwaterwinning stroomafwaarts.
- De grote onrust onder omwonenden over de industriële emissies rondom Chemours is verdwenen, maar het vertrouwen is niet noodzakelijkerwijs hersteld. Dit komt doordat sommige omwonenden nog zorgen hebben over de aanwezigheid van PFAS in (drink) water en bodem en over historische blootstelling van werknemers aan verschillende stoffen. De gezamenlijk dagvaarding van de bedrijven door de gemeenten in 2021 over de vervuiling kan, afhankelijk van de uitkomst, bijdragen aan het rechtvaardigheidsgevoel van omwonenden. De daadwerkelijke blootstelling en bijbehorende risico’s zijn daarmee echter niet verminderd.
- De PFOA in de bodem rondom Dordrecht breekt niet op natuurlijke wijze af. De aanpak van de gemeenten en landelijke overheid op het gebied van bodem is momenteel alleen gericht op beheersing van de vervuiling bij hergebruik van grond. Daarbij mogen hogere grenswaarden worden gebruikt dan de gezondheidskundige grenzen. Voor grond die niet wordt verplaatst, beperkt de aanpak van de PFOA-vervuiling zich tot het adviseren van de gebruikers, zoals moestuinhouders.
- Omwonenden maken zich inmiddels minder zorgen over de huidige emissie van PFAS door Chemours. De emissie van de vervanger van PFOA, HFPO-DA, is in vergelijking met de aanvankelijk vergunde hoeveelheden met 99 procent teruggedrongen. De resterende zorgen van omwonenden gaan met name over de vervuiling van de grond in hun leefomgeving ten gevolge van de emissies uit de gehele periode van 1967 tot nu. Het PFOA-gehalte in de bodem en rivieren rondom Dordrecht wordt door overheden en bedrijf als een gegeven beschouwd. Om de gezondheid van gebruikers te beschermen, wordt geadviseerd om sommige vormen van gebruik, zoals consumptie van moestuingewassen en recreatief gevangen vis, te matigen.